Onderzoek leert ons dat niet alle preventie goed is. Preventie kan soms een omgekeerd effect hebben en het doelpubliek juist nieuwsgierig maken naar druggebruik. Kortdurende interventies, zoals een eenmalige lezing door een specialist of de politie, blijken niet te werken. Evenmin het geven van te eenzijdige informatie.
Het is daarom van essentieel belang dat preventieactiviteiten gebaseerd zijn op bewezen effectiviteit. Dit wil concreet zeggen dat goede drugpreventie voldoet aan deze criteria:
Het trainen van leerkrachten, een belangrijk criterium bij effectieve preventie
Training, drugs and the brain - Genk
Ook het betrekken van het gezin, zodat daar de discussie kan worden verdergezet, heeft zijn effectiviteit bewezen.
Drugpreventie wordt best ingebed in een drugbeleid, naast de pijlers regelgeving, begeleiding en structurele maatregelen.
Meestal richt drugpreventie zich op het secundair onderwijs. Niet drugspecifieke preventie (trainen van persoonlijke en sociale vaardigheden) dient echter veel vroeger aan te vangen en moet worden gestart in lagere en zelfs kleuterscholen.
Voorbeelden hiervan zijn Het gat in de haag, Contactsleutels en TOPspel
uit: Drugs in beeld, drugspreventie op scholen in de EU, EMCDDA, sept-okt 2002
Het drugpreventiemateriaal Unplugged voldoet aan bovenstaande criteria.
Meer nog, het materiaal van Uplugged (eerste graad) werd zelfs onderworpen aan een 'randomised controlled trial'.
Hierbij werd er een vergelijking gemaakt tussen scholen die het materiaal implementeerden en controlescholen. Unplugged bleek effectief te zijn.
Lees hier meer over mogelijke valkuilen bij preventiewerk (VAD-teksten op maat van onderwijs)
De Sleutel krijgt soms de vraag naar getuigenissen van ervaringsdeskundigen. De Sleutel deelt hierin de visie van VAD. Deze visie kan hier raadplegen